LES 1: Oefenen

DURF TE DOEN

Tekenen is als pianospelen: bijna iedereen kan het leren. Een belangrijke tip: zoek naar materiaal (papier, potlood, verf, penselen) dat je ligt en geniet daar van. Leer het materiaal kennen. Voor een redelijke prijs koop je voor maanden materiaal om mee te tekenen en schilderen. Wees vooral niet te zuinig met papier.

LES 2: Landschappen

DOOR JE OOGHAREN

Knijp je ogen half dicht en leer de wereld in drie toonwaarden te zien: wat zou je zwart maken, wat wit en wat krijgt een middentoon? Als je dat kunt, kun je bijna alles tekenen. Vergeet perspectief, vergeet anatomie, vergeet details. Concentreer je op de grote patronen. Tuur door je oogharen en beslis: zwart, grijs, wit.

LES 3: Het menselijke figuur

NIET TE PRECIES

Je weet dat een hoofd twee oren heeft en een hand vijf vingers. Maar zie je ze ook? Teken wat je ziet en niet wat je weet. Teken dus geen ‘oog’ of ‘deur’ of ‘berg’ of ‘dennenboom’, maar de donker-licht patronen die je ziet. Bestudeer de overgangen: waar zijn ze vaag en waar scherp? Leg dat vast.